Data Omaha System onmisbaar voor toekomstige zorg
Gepubliceerd op: 18-07-2022
In de toekomst zal er steeds meer en vaker beroep op de wijkverpleging worden gedaan. Dit omdat steeds meer ziekenhuis- en verpleeghuiszorg thuis moet plaatsvinden. Het is daarom cruciaal dat de zorg efficiënt en effectief georganiseerd wordt. En dat vereist data-inzicht in succesvolle interventies. De data uit het Omaha System biedt hierin kansen, omdat tachtig procent van de wijkverpleging werkt met dit classificatiesysteem.
Het Omaha System ondersteunt wijkverpleegkundigen in methodisch werken en denken door de registratie van gegevens over de gezondheidstoestand van cliënten en de geleverde zorg. ‘Jaren geleden realiseerden we ons al dat we hiermee echt een schat aan informatie in handen hebben’, vertelt Inge Borghuis, voorzitter van Stichting Omaha System Support en bestuurder van zorgorganisatie Amstelring. ‘Inmiddels wordt de urgentie van data steeds groter. We staan namelijk voor een waanzinnige opgave als wijkverpleging. Het aantal ouderen dat zorg moet ontvangen in de thuissituatie gaat enorm groeien. Het aantal mensen met dementie zal verdubbelen. Daarnaast verblijven patiënten steeds korter in het ziekenhuis. Het is van belang dat we de zorg toegankelijk houden voor de mensen die het echt nodig hebben. Daarvoor moeten we de zorg echt anders gaan organiseren.’
Data zijn daarbij belangrijk omdat ze kunnen aantonen welke interventies effectief zijn. Borghuis: ‘Bijvoorbeeld over het effect van chemo- en immuuntherapie in de thuissituatie, of het toedienen van extra zuurstof aan patiënten met corona. Daarbij geven data inzicht in hoe je de zelfzorg en de inzet van het eigen netwerk van cliënten kunt stimuleren. Ook het effect van technologie kan zo gemeten worden. Zo kan de inzet van de medicijndispenser bezoeken van de wijkverpleegkundige schelen. Dit betekent dan een andere rol voor de wijkverpleegkundige die dan alleen nog langsgaat om te evalueren hoe het met het gebruik van de medicijndispenser gaat.’
Zichtbaarheid wijkverpleging
Ook helpen data om wijkverpleging goed op de kaart te zetten. Het zorgt voor een stevigere onderhandelingspositie voor het rondkrijgen van de financiering. Dit is hard nodig volgens Borghuis: ‘De wijkverpleging is een noodzakelijke, maar ook een onzichtbare en veel te bescheiden beroepsgroep. De samenleving is eraan gewend dat wijkverpleegkundigen de zorg altijd maar weer regelen, omdat zij cliënten niet in de kou willen laten staan. Als er minder personeel op Schiphol beschikbaar is voor de bagageafhandeling, vliegen er minder vliegtuigen. Maar als er twee wijkverpleegkundigen ziek zijn, zie je dat andere collega’s nog harder gaan rennen. Data geven ons de mogelijkheid om het werk van de wijkverpleegkundige zichtbaar te maken. Zo helpen data om de verschillende groepen cliënten in een wijk in kaart te brengen. Hier kan je dan specifieke deskundigheid op inzetten. Ook kan het feit dat er veel ouderen in een wijk wonen, inzichtelijk maken dat er extra inzet en financiering nodig is.’
Onderzoek
Daarnaast biedt data mogelijkheden voor onderzoek. Borghuis: ‘Een voorbeeld hiervan is het onderzoek “The Omaha System opening the black box” dat we, vanuit Amstelring, samen uitvoerden met de Vrije Universiteit in Amsterdam (VU). Hierbij deden we onder andere onderzoek naar het stepped care model. Het principe hierachter is dat patiënten niet zwaarder behandeld worden dan strikt noodzakelijk.’ Daarnaast is Omaha System Support betrokken in het project Data Nurse, waarin zij samenwerken met verschillende zorgorganisaties, de Hogeschool Utrecht, het Amsterdam UMC en kennisorganisatie Vilans. Doel is om de kwaliteit van de digitale data te optimaliseren en die te benutten om te kunnen leren en verbeteren. Borghuis: ‘Het onderzoek richt zich op wat nou effectieve interventies zijn, waardoor ouderen langer zelfstandig kunnen functioneren. Dit project is een voorbeeld waarin we grootschaliger naar data kijken.’
Eenheid van taal
De vraag is vervolgens hoe je tot goede data komt. Borghuis: ‘Het komen tot valide data is echt een proces van jaren. De kunst is dan ook om klein te beginnen. Bijvoorbeeld met één team of één onderwerp. Bij onze stichting zijn momenteel 62 zorgorganisaties aangesloten. Deze organisaties werken samen en wisselen ervaringen uit over data. Als stichting faciliteren we dit. Sommigen zijn al heel ver in dat proces, anderen staan nog aan het begin. Verzamelen alleen is namelijk onvoldoende, je moet ook echt met data aan de slag. Je moet van tevoren nadenken over wat je met de data doet, hoe je de gegevens interpreteert en hoe je rekening houdt met context en ontwikkelingen. Voor goede data moet je er ook van uit kunnen gaan dat er op dezelfde manier wordt geregistreerd. Dat vraagt om uitwisseling over wat je met elkaar onder bepaalde termen verstaat. Verstaat bijvoorbeeld iedereen hetzelfde onder wondzorg? Typeren we cliëntgroepen op dezelfde manier? Een van onze doelstellingen als stichting is dan ook om de eenheid van taal in de sector te bevorderen. Dit doen we onder andere door een stukje standaardisering. Zo hebben we voor de meest voorkomende aandoeningen voorbeeldzorgplannen gemaakt die organisaties kunnen gebruiken.’
Randvoorwaarden
Wat eveneens goed geregeld moet worden aan de voorkant is het zorgvuldig omgaan met data. Borghuis: ‘Het allerbelangrijkste is dat je systeem heel goed beveiligd moet zijn en dat de gegevens niet herleidbaar zijn naar personen. Ook moet je de wijkverpleegkundige en verzorgende zo goed mogelijk faciliteren in het gebruik van Omaha System. Zo heeft bij de Amstelring iedereen een eigen laptop of iPad en werken we alleen nog in een digitale omgeving. Daarnaast moeten professionals geschoold worden en terecht kunnen bij een helpdesk wanneer zij vragen hebben. De Wifi moet overal goed werken, zodat mensen draadloos kunnen werken. En wanneer wijkverpleegkundigen in de thuissituatie iets moeten vastleggen, is het slim dat ze dat ook offline kunnen doen, zodat ze het later kunnen uploaden.’
Meer geld en middelen nodig
Tot slot vindt Borghuis dat er veel meer geld beschikbaar zou moeten komen voor innovatie en onderzoek in de wijkverpleging. ‘De nadruk ligt nog steeds op zo “kostenefficiënt” mogelijk waarbij het vooral gaat om de zorg aan cliënten. Organisaties hebben hierdoor geen ruimte voor innovatie en onderzoek. En dat terwijl de maatschappelijke opgave van de wijkverpleging de komende jaren intens groot is. De wijkverpleging is een onmisbare schakel. Zonder wijkverpleging zou de huisarts overlopen, de ziekenhuizen overvol raken en zouden er veel meer crisissituaties ontstaan. Innovatie en onderzoek zijn echt nodig om gericht interventies te kunnen gaan inzetten en de wijkverpleging toegankelijk te houden. Daar moeten we nu al mee aan de slag.’
Bron
ICT&Health