Naar hoofdinhoud Naar footer

Hoe gebruik je de kenmerken van de zorgvrager: actueel, potentieel of gezondheidsbevordering?

Een gezondheidsprobleem of een zorgvraag heet in Omaha System ‘aandachtsgebied’. Per aandachtsgebied voeg je kenmerken toe om de zorgvraag zo goed mogelijk te beantwoorden. Er zijn twee soorten kenmerken. Namelijk wie is de zorgvrager en wat voor soort zorgvraag is het? Voor de zorgvrager kies je dan voor: individu, leefeenheid of gemeenschap. Voor de zorgvraag kies je voor: actueel, potentieel of gezondheidsbevordering.

Onze ervaring is dat in de zorgplannen de kenmerken ‘individu’ en ‘actueel’ en de daarbij horende signalen en symptomen het meest gebruikt worden. In het zorgplan staat dus meestal de zorgvraag die één persoon, de cliënt, op dit moment heeft. Logisch, zo zijn we gewend te werken. Eerst de zorg verlenen op de vragen die de cliënt op dit moment stelt.

Hoe kan je de andere kenmerken gebruiken en wanneer gebruik je die kenmerken? In dit artikel verdiepen we ons in de kenmerken die gaan over wat de zorgvraag is in relatie tot het aandachtsgebied. Kenmerken die aangeven wat voor soort zorgvraag het is zijn: 

  • Actueel probleem, de cliënt heeft op dit moment een zorgvraag die nu opgelost moet worden. Er zijn signalen en symptomen aanwezig. 
  • Potentieel probleem, het probleem speelt niet nu, maar de cliënt loopt een risico waardoor er een zorgvraag kán ontstaan. Er zijn nog geen signalen of symptomen aanwezig. 
  • Gezondheidsbevordering, de cliënt heeft nu geen zorgvraag, maar er zijn mogelijkheden om de gezondheid van de cliënt te verbeteren. Er zijn geen signalen of symptomen aanwezig. 

Casus mevrouw Lenselink 

Als voorbeeld voor het gebruiken van de kenmerken ‘actueel, potentieel of gezondheidsbevordering’ nemen we de casus van mevrouw Lenselink. De wijkverpleegkundige kiest ervoor te beginnen met  de aandachtsgebieden: “persoonlijke zorg”, “omgevingshygiëne”, “medicatie” en “geestelijke gezondheid”. Van al deze aandachtsgebieden zijn er signalen en symptomen aanwezig, daarom hebben deze allemaal het kenmerk ‘actueel’.  

De wijkverpleegkundige zegt op een later moment aan de slag te willen gaan met de onderwerpen “ongezonde leefstijl” en “tekort aan kennis over hartfalen”. Deze informatie kan wel al nu worden vastgelegd in het zorgplan.  

Voor de ‘ongezonde leefstijl’ bestaat er een risico dat er signalen en symptomen komen op het gebied van “mondgezondheid”. Want door het vele roken en chronisch hartfalen is bekend dat er mond- en gebitsproblemen kunnen ontstaan. Je kiest daarom bij het aandachtsgebied “mondgezondheid” voor het kenmerk ‘potentieel’.  

Voor het tekort aan kennis over hartfalen wil de wijkverpleegkundige informatie geven aan mevrouw. De wijkverpleegkundige kan kiezen voor het aandachtsgebied “fysieke activiteit” om preventieve maatregelen in te zetten. Bij het aandachtsgebied “fysieke activiteit” kies je dan ook het kenmerk ‘potentieel’.  

Wanneer bij een evaluatiemoment blijkt dat er wél signalen en symptomen aanwezig zijn, verandert het kenmerk van ‘potentieel’ naar ‘actueel’. 

Zo zal je zien dat je ook de zorg die preventief en zorg die je in de toekomst wil gaan geven ook kan vastleggen in Omaha System.

Gezondheidsbevordering is een kenmerk wat nog niet vaak gebruikt wordt in Nederland. Je zou gezondheidsbevordering kunnen gebruiken wanneer je in een wijkcentrum voorlichting gaat geven over veiligheid in de wijk. Dit gebeurt dan vaak in samenwerking met andere instanties. Wanneer jouw cliënt deze bijeenkomsten bezoekt kan je dit vastleggen onder aandachtsgebied “buurt/werkplek veiligheid” met als kenmerk ‘gezondheidsbevordering’.

Deel deze pagina via: