Hoe werkt het Omaha System in de praktijk?
Gepubliceerd op: 17-06-2024
Hoe werkt het Omaha System? Dat is nu overzichtelijk en duidelijk in beeld gebracht in vier video’s. Aan de hand van de situatie van mevrouw Lenselink leggen wijkverpleegkundigen Annemiek Ponsen en Joyce Koster uit hoe je relevante gegevens in kaart brengt, wat je daarmee kunt doen en hoe je zo de zorg kunt verbeteren.
De casus: mevrouw Lenselink
Mevrouw Lenselink is 63 jaar, ze heeft chronisch hartfalen en weinig energie. Mevrouw vraagt de thuiszorg of die haar wil helpen met douchen, twee keer per week, meer is voor haar nog niet nodig.
Tijdens het huisbezoek constateert de wijkverpleegkundige dat het huis een puinhoop is. Er is overal rommel, stof, de vuilnisbakken lopen over, er staat afwas van een paar dagen oud, medicijndoosjes liggen verspreid over de tafel en het staat er blauw van de rook. Meneer en mevrouw Lenselink roken als ketters. Ze komen hun huis nauwelijks uit. Mevrouw is mager, kortademig en benauwd.
Na een tijdje praten merkt de wijkverpleegkundige dat meneer en mevrouw wel vertrouwen in haar beginnen te krijgen. Ze geven aan dat het niet goed gaat en dat ze het niet meer overzien. Ze hebben nergens puf voor en weten eigenlijk niet hoe ze nu verder moeten. De lichamelijke conditie van mevrouw is slecht. En zij zijn wel een klein beetje opstandig. Ze uiten zich met een ‘Waarom moet ons dit nu overkomen’ en de cardioloog heeft gezegd dat ze maar moeten stoppen met roken. Dat vonden ze ook niet zo leuk.
Video: aandachtsgebieden en kenmerken
Welke problemen zie je bij deze mevrouw met hartfalen en tot welke aandachtsgebieden kom je dan? Wat zijn daarbij de kenmerken en welke signalen en symptomen zie je?
Bekijk de video hieronder.
Video: vaststellen van de scores
De wijkverpleegkundigen bespreken de scores van mevrouw Lenselink en hoe het zou moeten worden (de streefscores). De scores zijn:
- de status: hoe ernstig zijn die signalen en symptomen;
- de kennis: wat weet de cliënt zelf en hoe is haar vermogen om informatie tot zich te nemen;
- het gedrag: wat een cliënt doet.
Huidige scores en streefscores komen aan bod en worden toegelicht.
Bekijk de video hieronder.
Video: soort actie en actievlakken
Hoe kom je tot acties? Daarbij is onderscheid tussen de soort actie en actievlakken:
- de soort actie, dat kan zijn AIB (Adviseren, Instrueren, Begeleiden), Behandelen en procedures toepassen (BP), CM (Case-managen) of MB (Monitoren en bewaken);
- het actievlak, waarmee je aangeeft wat je gaat doen, bijvoorbeeld persoonlijke hygiëne of wondzorg. Met specificatie maak je de actie cliëntspecifiek.
Bekijk de video hieronder.
Video: evaluatie
Je volgt hoe het gaat met je cliënt en of de acties resultaat hebben. Dat doe je door tussentijds de scores te meten. De wijkverpleegkundigen bespreken de resultaten en als ze constateren dat een actie is afgerond, kiezen zij nieuwe acties.
Bekijk de video hieronder.